Elke maand geld opzij zetten en je spaarrekening in vermogen zien groeien geeft een goed gevoel. Echter zit er ook een kanttekening aan: boven een bepaald bedrag ga je belasting betalen. Maar hoeveel geld mag je dan belastingvrij sparen?
Elk jaar wordt een bepaald bedrag vastgesteld dat je aan vermogen mag hebben en dat vrijgesteld wordt van belastingen. Dit is het heffingsvrij vermogen en bestaat uit de bezittingen die je hebt minus de schulden.
De hypotheek valt in de meeste gevallen niet onder de schulden en vermogen, dit komt omdat het al in box 1 is afgehandeld. Over de woning die dient als verblijfsplaats betaal je namelijk een eigenwoning forfait, dit is een bedrag dat wordt opgeteld bij de inkomsten.
Het heffingsvrij vermogen
Het heffingsvrij vermogen bepaalt dus hoeveel geld je mag hebben aan spaargeld en eventuele beleggingen. Zo kon je in 2020 als alleenstaande zo’n 30.846 euro belastingvrij sparen. Het jaar ervoor was dat bedrag iets lager, namelijk 30.360 euro.
Met een fiscaal partner wordt bedrag aan heffingsvrij vermogen verdubbeld naar respectievelijk 61.692 euro in 2020 en 60.720 euro in 2019.
Belastingvrij sparen in 2021
Het bedrag dat je in 2021 belastingvrij mag sparen is aanzienlijk hoger geworden. Het bedrag is namelijk verhoogd naar 50.000 euro als alleenstaande. Heb je een fiscaal partner, dan mag je samen het dubbele sparen en dus 100.000 euro aan vermogen hebben.
Hoeveel belasting betaal je eigenlijk?
De belastingdienst gebruikt de zogeheten grondslag sparen en beleggen. Dit is de waarde van het vermogen dat je hebt op 1 januari van het jaar van aangifte minus het heffingsvrij vermogen.
Over deze grondslag wordt vervolgens een ‘fictief’ rendement berekend en over dat rendement betaal je vervolgens 31% inkomsten belasting.
Voor de berekening van dat fictieve rendement wordt gebruikt gemaakt van een schijven systeem. De bedragen worden dus over meerdere schijven verdeeld. Hieronder een overzicht van de percentages dat de belastingdienst hanteert in 2021.
Schijf | Grondslag | Percentage 0,03% | Percentage 5,69% | Gemiddeld rendement |
---|---|---|---|---|
1 | tot € 50.000 | 67% | 33% | 1,898% |
2 | vanaf € 50.000 tot € 950.000 | 21% | 79% | 4,501% |
3 | vanaf € 950.000 | 0% | 100% | 5,69% |
Een voorbeeld van de berekening
Ik woon alleen en heb 150.000 euro aan spaargeld en beleggingen. Het heffingsvrij vermogen is 50.000 euro en mag ik belastingvrij sparen. Over de resterende 100.000 euro wordt vervolgens het fictieve rendement berekend.
Als we kijken naar de schijven dan valt de eerste 50.000 euro in schijf 1 en de andere 50.000 in schijf 2.
Schijven in box 3 | Totaalbedrag in schijf | Verdeling bedrag in schijf | Percentage | Voordeel |
---|---|---|---|---|
1 | 50.000 | 67% x 50.000 = 33.500 | 0,03% x 33.500 | 10 |
1 | 50.000 | 33% x 50.000 = 16.500 | 5,69% x 16.500 | 938 |
2 | 50.000 | 21% x 50.000 = 10.500 | 0,03% x 10.500 | 3 |
2 | 50.000 | 79% x 50.000 = 39.500 | 5,69% x 39.500 | 2.247 |
Als we de bedragen optellen dan is het totale voordeel in box 3 zo’n 3.198 euro. Over dit voordeel wordt 31% inkomstenbelasting berekend en dat komt uit op 991 euro dat ik uiteindelijk moet betalen.
Het vermogen ligt hoger dan het heffingsvrij vermogen
Sparen is natuurlijk leuk en het is erg fijn als je er onder de streep geen belasting over hoeft te betalen. Toch kan het gebeuren dat je meer vermogen hebt dan de belastingvrije drempel. Wat kun je dan doen om toch geen belasting te hoeven betalen?
Allereerst is het dus belangrijk om te weten dat de belastingdienst kijkt naar het vermogen dat je op 1 januari van het jaar van aangifte hebt. Dus wil je in 2021 geen belasting betalen over je spaargeld, dan moet je ervoor zorgen dat op 1 januari 2021 het bedrag onder het heffingsvrij vermogen ligt.
Geef het geld gewoon uit
Eigenlijk is het heel simpel. Als je geen belasting wilt betalen, dan moet je ervoor zorgen dat je binnen het heffingsvrij vermogen valt. Wat je bijvoorbeeld kunt doen is het geld dus uitgeven. Zo kun je misschien wat extra geld aflossen op je hypotheek, zodat de maandlasten lager worden. Hierdoor ga je mogelijk wel weer meer sparen.
Een andere optie is een lening aangaan om bijvoorbeeld een huis te verbouwen. Door zo’n lening krijg je schulden en deze mag je weer van je vermogen aftrekken.
Een alternatief is beginnen met groen beleggen. Hierbij investeer je geld in aandelen, waarover je vervolgens weer een deel mag aftrekken bij de belastingaangifte. Je hebt dan dus een belastingvoordeel dat je deelt kunt wegstrepen van de belasting op het vermogen.